Als het aan de Tweede Kamer ligt, hoeven mensen geen coronatoegangsbewijs te laten zien als ze op het terras zitten. Het kabinet wil dat vanaf 25 september voor de hele horeca verplichten, zowel binnen als buiten, maar dat vindt het parlement niet nodig. Buiten is de kans op een coronabesmetting namelijk kleiner, zo is de redenering.
De Kamer debatteerde van gistermiddag tot laat in de avond over de coronamaatregelen zoals die vanaf eind september moeten gaan gelden. De inzet van toegangsbewijzen waren daarin een belangrijk thema. Een groot deel van de Kamer betwijfelde namelijk of de invoering daarvan wel nodig en wenselijk is. Toch haalde een motie van Geert Wilders waarin de regering werd gevraagd om overal van de maatregel af te zien het niet.
De Tweede Kamer heeft op meer punten aanpassingen van het beleid gevraagd. Zo wil een meerderheid dat bij sport- en cultuurverenigingen wel nog eten en drinken verkocht mag worden. Mensen gaan daar niet naartoe om uitgebreid aan tafel plaats te nemen, dus het heeft meer weg van afhalen, redeneert het parlement.
2G-beleid
Het parlement sprak zich ook expliciet uit tegen het zogenoemde 2G-beleid, hoewel het kabinet daar nu voor zover bekend nog helemaal geen plannen voor heeft. Zo’n beleid houdt in dat alleen mensen die gevaccineerd of aantoonbaar hersteld zijn van een coronabesmetting een toegangsbewijs kunnen krijgen.
Dit is anders dan de coronatoegangsbewijzen die nu in Nederland gebruikt worden voor de app CoronaCheck, omdat je daarin ook een groen vinkje krijgt na een negatieve test. Dit is voor mensen die niet besmet zijn geweest en zich niet willen laten vaccineren straks de enige manier om bijvoorbeeld een bezoek te brengen aan de horeca.
Door: ANP